|
|||
Haar thuisbasis is tegenwoordig de wereldstad New York maar nog steeds strijkt ze regelmatig neer in Gent, de stad van haar moeder. Net als haar vader, de in 2005 overleden singer-songwriter Chris Whitley, is ze niet erg honkvast en houdt ze van vele culturen. Haar muzikaal talent komt allicht van haar vader, die muzikaal vooral de tradionele blues als uitgangspunt nam. Die blues heeft Trixie ook meegenomen in haar muziek, niet zozeer uit muzikaal oogpunt, maar wel op emotioneel vlak, de emotionele diepgang in veel van haar nummers vinden we ook terug in de blues.
We moesten tot maart dit jaar wachten alvorens Trixie met een nieuw album kwam aandraven, “Lacuna”, de release liep een beetje vertraging op want was eigenlijk voorzien voor midden 2018. Het meer op electronica georienteerde album “Lacuna” is een volgende stap in de muzikale wereld van Trixie, geproducet door Little Shamar, bekend van de triphop formatie Run The Jewels, is het even wennen aan deze nieuwe muzikale verpakking van haar nummers. In een strak blauw-zwarte bodysuit komt ze het podium op en zingt ze, in een oosterse muzikale sfeer, de intro van het nieuwe album, waarna het goed in het oor liggend “Heartbeat” volgt. Multi-instrumentaliste Whitley (zang, gitaar, drums, toetsen) wordt bijgestaan door de Amerikaanse drummer/toetsenist Chris Vatalaro. Met z’n tweeën weten ze een volwaardig geluid neer te zetten. Met strak, ruw gitaarwerk en krachtige drumbeats volgt de nieuwe single “Long Time Coming”. “May Cannan” brengt ze als een echte ‘powermachine’, gedreven, rammend op de gitaar een nummer dat live aan kracht wint. Buiten het nieuwe werk krijgen we ook een betoverend mooie versie van “Closer”. Muisstil was het ineens, met Chris Vatalaro achter de vleugelpiano en Trixie naast hem zittend, zingt ze het uitgeklede nummer uit het album “Porta Bohemica” op een erg emotionele, breekbare manier. Inmiddels zoekt ze ook de nabijheid van het publiek op en zet zich aan de rand van het podium om op de akoestische gitaar een versie van het nummer “Bleak” te spelen. Ontwapenend hoe ze met haar guitige blik en gulle glimlach het publiek niet alleen muzikaal weet te bekoren. “Fishing For Stars”, een nummer geschreven voor haar dochter, beëindigt het rustige, akoestische drieluik waarbij vooral de warme, bekoorlijke stem van Trixie goed uit de verf komt. Met een doordringende beat en een beklijvend gitaarspel, voorzien van een laagje electronica weet ze ook nummers als “Dare To Imagine” en “The Hotter I Burn” boeiend te houden. Voor afsluiter “Dandy” doet ze even haar schoenen uit en kruipt ze achter de drums. Met een opzwepend ritme, soulvolle zang en een handvol electronica bliepjes krijgen we een waardige afsluiter. Chris Vatalaro mag voor de bisnummers in de coulissen blijven, Trixie plaatst zicht achter de vleugelpiano en speelt een meeslepende versie van “Breathe You In My Dreams” waarop weeral de bezielende zang er een pakkend nummer van maakt. Voor het slotnummer neemt ze haar elektrische gitaar weer ter hand en met het oudere “Oh, The Joy” uit haar debuutalbum “Fourth Corner” neemt ze afscheid van een dankbaar publiek. Trixie Whitley heeft zich inmiddels opgewerkt als een unieke persoonlijkheid met een eigen artistieke identiteit waar haar creatieve ideeën voor ons waarschijnlijk nog veel moois in petto zullen hebben. Luc Nuyts
|
|||
|